Hoe smaakt het universum?
Een van de bijzondere kenmerken van dit systeem is de herkenning van planten en hun kwaliteiten op basis van “Rasa”, de smaak: zoet, zuur, zout, heet, bitter en wrang. Elk van deze smaken wordt bepaald door twee van de vijf elementen – ether, lucht, vuur, water of aarde. De effecten (karma) kunnen vanuit deze context worden gelezen.
Praktische voorbeelden kunnen helpen om dit zeer beknopte systeem uit te leggen. Geneeskrachtige planten en voedingsmiddelen kunnen echter vaak meerdere smaaknuances combineren. Er zijn ook uitzonderingen op het systeem. Dit zijn geneeskrachtige planten die hun werking niet in de smaak laten zien – ze worden in de Ayurveda beschreven met hun prabhava (speciale werking). Deze paar voorbeelden zijn slechts een suggestie om goede smaak en Ayurveda eens nader te bekijken.
Ayurveda geeft veel tips over hoe we een kalmerend effect op onze:
- Vata met zout, zuur en zoet
- Pitta met bitter, wrang en zoet
- Kapha met scherp, bitter en wrang
of stimulerend voor onze
- Vata met scherp, bitter en wrang
- Pitta met scherp, zuur en zout
- Kapha met zoet, zuur en zout
kunnen een effect hebben.
Een uitgebalanceerde Ayurvedische maaltijd bevat altijd alle zes smaken. In een Ayurvedisch dieet wordt het voedsel zo samengesteld dat de disfunctionele dosha’s weer in balans worden gebracht. In het geval van een Vata stoornis, bijvoorbeeld, wordt het spijsverteringsvuur gestimuleerd met zout en zuur voedsel. Bijvoorbeeld een schijfje gember met een snufje zout. Een warme graanpap met een beetje ahornsiroop is geschikt als zoet component. Omdat elk mens anders is, is elk Ayurvedisch dieet altijd individueel.
Bron: Birgit Heyn (Die Zeit – Jaargang 2001)